Ons beleid voor de openbare ruimte staat in het Beleidsplan Openbare Ruimte 2014-2024 (hierna: BOR). In het BOR staan de onderhoudsniveaus die wij gekozen hebben voor de openbare ruimte. Het BOR is onze ‘Nota beheer openbare ruimte’, zoals bedoeld in artikel 19 van de Financiële beheersverordening. In 2018 gaan we het plan evalueren. Wij kijken daarbij of de onderhoudsniveaus worden gehaald en of de budgetten daarvoor toereikend zijn. Het BOR is gemaakt in de tijd van lage budgetten. De onderhoudsniveaus die wij toen kozen, pasten binnen het budget van de begroting 2014. Dat was:

• minimaal onderhoudsniveau B voor de centrumgebieden.
• minimaal onderhoudsniveau C voor de overige gebieden. Behalve voor de straatreiniging, daarvoor gold in alle gebieden niveau B.

In de afgelopen jaren zijn de budgetten voor het onderhoud van de openbare ruimte weer wat verhoogd. Daardoor kon ook het onderhoudsniveau verhoogd worden.

Ontwikkelingen 2018

Verbeteren onderhoud openbaar groen

Na jarenlange bezuinigingen op het onderhoud van de openbare ruimte komen er weer extra middelen beschikbaar. In 2018 hebben wij extra budget voor het openbaar groen, de bossen en de bomen. Het extra budget is om de kwaliteit en uitstraling van het groen te verbeteren. De onkruidbeheersing in het groen langs de hoofdwegen verhogen wij naar A-niveau. En de entrees van wijken en dorpen worden voorzien van kleurrijke beplanting.

Meer onderzoek aan bomen nodig door boomziekten
Door boomziekten/plagen is extra monitoring nodig. We onderzoeken in hoeverre het bomenbestand voldoende vitaal en veilig is. En of de wijze van beheer en vervanging voor de toekomst voldoen. Dat doen wij door scenario’s te maken voor de aanpak van boomziekten, zoals essentaksterfte.

Andere middelen voor onkruidbestrijding nodig door nieuwe regels

Vanaf 2018 geldt een totaalverbod op het gebruik van chemische middelen in het groen en op verhardingen. De alternatieve middelen zijn minder effectief en moeten vaker worden toegepast. Bovendien is het tijdens zeer groeizame perioden moeilijk om onderhoudsniveau te blijven halen.

Speelplaatsen zijn in ontwikkeling

Voor de speelplaatsen loopt een traject om het totale aantal speelplaatsen en daarmee het onderhoudsbudget terug te brengen. Hiervoor krijgen bewoners bijvoorbeeld de gelegenheid om het dagelijks beheer en onderhoud voor hun rekening te nemen. Wel blijft de gemeente voorzien in de wettelijke taken hierin. De overige speelplaatsen krijgen een kwaliteitsimpuls.

Extra investering om wegbermen veiliger te maken

De komende jaren wordt er extra geïnvesteerd (€0,5 miljoen) om de wegbermen in het buitengebied veiliger te maken. Het gaat hier om het aanbrengen van bermverharding en indien nodig het verlagen van de wegbermen. Deze investering voorziet in de aanpak van de wegen met de hoogste prioriteit ten aanzien van de bermen.

Een nieuw plan voor stedelijk water

In 2018 gaat wij doelen formuleren voor het stedelijk water. Het gaat om bijvoorbeeld ecologische doelstellingen en doelstellingen over de beleefbaarheid van deze waterpartijen. Samen met provincie Flevoland en waterschap Zuiderzeeland wordt een visie ontwikkeld hoe het watersysteem er in de komende jaren uit moet zien. Deze opgave heeft te maken met de Europese wetgeving (Kaderrichtlijn Water, KRW). Daarin staat dat de waterkwaliteit niet achteruit mag gaan. Hoewel die wetgeving formeel alleen voor grote wateren geldt, heeft dit ook gevolgen voor kleinere wateren, zoals het stedelijk water in de Noordoostpolder.

Prioritering

Prioritering onderhoud wegen en kunstwerken

De wegen, bruggen etc. worden jaarlijks geïnspecteerd volgens de CROW-methodiek. Voor de civiele kunstwerken wordt een tweejaarlijkse toestandsinspectie uitgevoerd en een conditiemeting volgens NEN 2767. De prioriteitsvolgorde hierin is: veilig, heel en schoon.

Groot onderhoud wegen

Voor het groot onderhoud aan wegen is een voorziening ingesteld, waar jaarlijks aan wordt gedoteerd op basis van een beheerplan. Voorbeelden zijn groot onderhoud zijn asfalt en elementenverhardingen. De kans dat op onderdelen achterstallig onderhoud zal optreden is gering.

Geen vervanging wegduikers nodig op korte termijn

Wegduikers worden (in overleg met het waterschap) als onderdeel van de wegconstructie zo nodig gelijktijdig vervangen met het groot onderhoud aan de wegen. De kwaliteit van de duikers is steekproefsgewijs in beeld gebracht. Grootschalige vervanging is op korte termijn niet aan de orde.

Vervanging bruggen

Voor de vervanging van de bruggen wordt jaarlijks gereserveerd in een bestemmingsreserve. Door herziening van het BBV worden deze reserves omgebouwd tot afschrijvingsreserve in het betreffende investeringsjaar. De jaarlijkse reservering voor de vervanging van bruggen is afgestemd op de vervangingsopgave. Onderzoek wordt gedaan naar de wijze van vervanging van de grotere verkeersbruggen in de periode 2020-2030. Hieruit volgt een aantal scenario's welke begin 2019 aan de Raad worden voorgelegd. Op basis hiervan kan de dotatie aan vervangingsreserve bijgesteld worden.

Begroting 2018

Beschikbare budgetten zijn voldoende voor de gekozen onderhoudsniveaus. In de begroting 2018 is extra geld gereserveerd voor de nieuwe wensen en ontwikkelingen. Zoals het verhogen van het onderhoudsniveau groen, het begeleiden van bewonersinitiatieven en de veranderde regels voor onkruidbestrijding. Structureel worden de budgetten verhoogd met € 287.000. Incidenteel komt er voor 3 jaar € 150.000 per jaar beschikbaar voor de beplanting bij de entrees van wijken en dorpen.
Ondanks de stijgende prijzen (circa 5%) in de bouw/grond-weg-waterbouw sector zien we nog een vrij scherpe aanbestedingsmarkt. De verwachting is dat de beschikbare middelen in 2018 nog voldoende zijn voor het noodzakelijke onderhoud.