Het beleid bij de onroerendezaakbelastingen is erop gericht om alle belastbare feiten op basis van de ingestelde verordening in de heffingen te betrekken met als doel het verkrijgen van algemene dekkingsmiddelen. De percentages voor de onroerendezaakbelastingen (OZB) worden vastgesteld aan de hand van het totaal aan waarden van de objecten die in deze belasting worden betrokken.

De onroerendezaakbelastingen zijn de belangrijkste gemeentelijke belastingen. De ozb wordt geheven van:
- de eigenaren van woningen;
- de eigenaren van niet-woningen;
- de gebruikers van niet-woningen.
De basis van de heffing is de WOZ-waarde van de onroerende zaak. Dit is de economische waarde van het object. Deze waarde wordt jaarlijks vastgesteld. Voor het jaar 2018 wordt een nieuwe waarde bepaald naar de toestand op de peildatum 1 januari 2017.

De woningmarkt is het afgelopen jaar verder aangetrokken waardoor de WOZ-waarden voor woningen zijn gestegen. Tussen de waardepeildata 1 januari 2016 en 1 januari 2017 zijn de woningen in Noordoostpolder in waarde gemiddeld met 3,36% gestegen. De  niet-woningen laten daarentegen nog een kleine daling zien van 1,53%. Met deze waardeontwikkeling wordt bij de berekening van de percentages rekening gehouden.
In onderstaande tabel zijn de percentages OZB over de afgelopen jaren weergegeven.

De geraamde OZB-opbrengsten programmabegroting 2018-2021